het ontstaan
De oorspronkelijke bewoners van het eiland zijn de Arowakken-indianen. Deze bevolkingsgroep is helemaal uitgestorven onder andere door het feit dat zij werden gedwongen als slaaf te werken maar ook door de ziektes die de Europeanen met zich meedroegen. De bewoners op Barbados zijn dan ook voornamelijk afstammelingen van dit Afrikaanse volk.
In 1838 werd de slavernij in zijn geheel afgeschaft op Barbados. Van 1958-162 behoorde Barbados tot de West-Indische Federatie en kende geen zelfbestuur. In 1961 werd Barbados een zelfbestuur en uit de verkiezingen kwam de Democratische Labour-partij als winnaar.
Barbados is een koraaleiland en in tegen stelling tot ontzettend veel Caribische eilanden dus niet ontstaan uit een vulkaan. De eerste Europeanen die een voet zette op het eiland Barbados waren de Spanjaarden en de Portugezen. Het eiland heeft zijn naam te danken aan een veelvoorkomende boom, de bebaarde vijgenboom ‘Los Barbados’.
In de 17e eeuw werden molens gebouwd en een begin gemaakt aan de suikerrietvelden die later bepalend werden voor de economie van Barbados. Een van de molens die is gebouwd door Nederland, Morgan Lewis, draait nog steeds. Het probleem aan de suikerrietvelden in die tijd, was dat het werk in de velden ontzettend arbeidsintensief waren. Deze zoektocht naar personeel heeft uiteindelijk voor een slavenimport gezorgd vanuit Afrika. De aanwezigheid van de Indianen is lang zichtbaar geweest.
In 1966 werd Errol Barrow de eerste minister president van Barbados. De Engelsen hebben veel meer achter gelaten in de huidige cultuur van de Afrikaanse immigranten. Veel gebouwen op het eiland hebben bijvoorbeeld een zeer Engelse uitstraling, is de naam van de hoofdstad Bridgetown en zijn er standbeelden te vinden op het eiland van Engelse helden uit het verleden.